Zaterdag 30 mei
luisterden veel Pekkers en belangstellenden naar de visie van beeldend kunstenaar & kunstrecensent
Antonie den Ridder. Helemaal in de geest van het kunstfestival “De smaak van Van Gogh”, bestond het eerste
deel van zijn inleiding uit 2 amuses : Een fictieve brief van Vincent en
een liedtekst van Jules de Corte.
Daarna werden de
kunstenaars, die aan de Kist gewerkt hebben, bevraagd over hun ervaringen. De
prikkelende vragen van Antonie gingen in op : De spelregels, de samenhang het
respect voor elkaars werk en hoe nu verder. Het werd een verhelderd en
inspirerend moment, waarbij menig kunstenaar op nieuwe ideeën kwam. De kist van
Vincent in Cultura is nog lang niet voltooid. Tijdens de openingstijden van
Cultura kan een ieder de voltooiing het kunstproject van het PEK bekijken. Op 27 september tijdens de slotmanifestatie
zal Antonie de Ridder opnieuw zijn mening geven.
De amuse van
Antonie:
Fictieve brief
van Van Gogh
Aan Theo van Gogh
Waarde Theo,
Allereerst
wil ik U danken voor Uw laatste brief en de honderd euro, die U daarin
bijgesloten heeft. Ik ben je dankbaar voor je aanbevelingen, waardoor ik nu
kan werken in het schilderachtige E. Maar mij moet van het hart, dat de
omstandigheden alhier een fnuikende invloed hebben op mijn geestelijk
welbevinden. Ik mag werken, jawel, maar mijn atelier is niet groter dan een
kist. Wat zeg ik, het is een kist en ik moet hem delen met andere
kunstenaars. Waar ik droomde van ondergaande zonnen boven een bloeiend
heideveld, wordt ik omgeven door houten wanden.
Ik begrijp, dat er geld verdiend moet
worden. Aan bier en koekjes, aan theater- en museumbezoek. Maar de smaak van
V is welbeschouwd zoet/zuur. Gij moet
goed begrijpen, hoe ik de kunst beschouw. Om te komen tot het waarachtige,
moet men lang en veel werken. Wat ik wil en mij ten doel stel is bliksems
moeilijk, en toch geloof ik niet dat ik te hoog mik. Ik wil 't zoo ver brengen dat men zegt van
mijn werk, die man voelt diep, en die man voelt fijn. Ondanks mijn
zoogenaamde grofheid, begrijpt ge, misschien juist daarom.
Wat ben ik
in het oog van de meesten,- een nulliteit of een zonderling, of een
onaangenaam mens? Iemand, die in de maatschappij geen positie heeft of hebben
zal. Goed-gesteld dat het zo is, dan zou ik door mijn werk eens willen tonen,
wat er zit in het hart van zo’n zonderling, van zo’n niemand. Al is het dat
ik dikwijls in de beroerdigheid zit, toch is er binnen in mij kalme, reine
harmonie en muziek. In het armste huisje en het smerigste hoekje zie ik
schilderijen of tekeningen. Als met onweerstaanbare aandrang gaat mijn geest
die richting uit. De kunst vraagt een hardnekkig werken. Een werken ondanks
alles, en een altijd doorgaande observatie. Met hardnekkig bedoel ik niet
alleen een gedurigen arbeid, maar ook het niet loslaten van een opvatting op
het zeggen van dezen of genen. De mensen zeggen immers veel…….
Een collega
van me in de Kist ontstak in woede, toen ik zijn hoek overschilderde “Gij
hebt een venijnig karakter” voegde hij me toe. Hij neemt het mij kwalijk, dat
ik gezegd heb ‘ik ben artist’ – Het welk ik niet terugneem, omdat het vanzelf
spreekt dat dat woord in zich de beteekenis sluit van: altijd zoeken, zonder
ooit volmaakt te vinden. Het is juist het tegenovergestelde van te zeggen ‘ik
weet het al, ik heb het al gevonden’. Dat woord betekent voor zover ik weet:
‘ik zoek, ik jaag er naar, ik ben er met mijn hart bij’. Ik heb toch oren aan
het hoofd, Theo, als iemand zegt: ‘gij hebt een venijnig karakter’, wat moet
ik dan doen? Men verdenkt mij van iets, - het is in de lucht – er steekt iets
achter mij. – Vincent houdt iets achterbaks dat het licht niet zien mag. Maar
ik zal me niet laten leiden door wrok of gekwetste trots. Ik laat me niet
kisten.
|
|
Het voelen
van de dingen zelf, van de werkelijkheid is van meer belang dan het voelen
van schilderijen, althans het is vruchtbaarder en meer levenwekkend.
Maar Theo,
lieve broer, stuur me meer geld of desnoods het kaartje zelf, waarmee ik E.
weer kan verlaten.
|
Met een handdruk.
Vincent
Geen opmerkingen:
Een reactie posten